Terug naar de vorige pagina

Salem

Oud-bewoner

Salem komt oorspronkelijk uit Syrië. Hij is per rubberboot gevlucht naar Nederland. Zijn gezin woont tot nu toe nog in Syrië. Een maand geleden kreeg hij een brief van het IND: zijn aanvraag voor gezinshereniging is goedgekeurd! Aan het einde van volgende maand komt zijn vrouw samen met zijn 2 dochters naar Nederland. Het is al 2 jaar geleden sinds hij zijn dochters en zijn vrouw in het echt heeft gezien. Ze WhatsAppen en videobellen, maar zijn gezin heeft niet altijd internet in Syrië omdat het vaak wegvalt.

Sinds februari heeft Salem zijn eigen huis hier in Gouda. In zijn tuin staat een prachtige magnoliaboom. “Daar staat er nog een, mooi uitzicht he!” zegt hij. In oktober 2021 kwam Salem in Nederland aan. Hij heeft toen eerst een maandje in het AZC in Ter Apel gewoond en is daarna verhuist naar de hotelboot in Gouda. Daar heeft hij ongeveer 1,5 jaar gewoond. Samen met gemeente Gouda heeft hij een huis gevonden voor zichzelf en zijn gezin. Hij vertelt over de vrienden die hij hier heeft gemaakt en hoe ze hem hebben geholpen met het opknappen van zijn huis en het leren Nederlands spreken.

Op de eetkamertafel staat een foto van zijn vrouw en zijn 2 dochtertjes. Trots vertelt hij hoe ze heten en hoe oud ze zijn. “Ik heb boven 3 kamers: een kamer voor mijzelf en mijn vrouw en 2 kamers voor mijn dochters. Ze willen alleen liever bij elkaar op de kamer slapen, dus ik heb straks een kamer over om te kunnen studeren”, grapt hij.

In Syrië was Salem tandarts. Hij wil in Nederland doorstuderen zodat hij ook hier zijn beroep mag uitoefenen. “Het diploma wat ik in mijn eigen land heb behaald, geldt hier als bachelorsdiploma”, legt hij uit. “Ik kan aan de Erasmusuniversiteit doorstuderen zodat ik mijn BIG-registratie kan halen.” Een BIG-registratie heb je nodig om in Nederland bepaalde beroepen zoals tandarts, dokter of fysiotherapeut uit te mogen oefenen.

Om aan de studie aan de Erasmusuniversiteit mee te kunnen doen, moet hij eerst op een hoog niveau Nederlands kunnen spreken. “Ik moet minstens op niveau B2 of C1 Nederlands kunnen, en op hoog niveau Engels spreken.” Salem heeft zelf al heel veel Nederlands geleerd. Hij gaat 1 keer per 2 weken naar speciale taalavonden die worden georganiseerd in de kerk bij hem in de buurt of de bibliotheek.